Witte asperges van partner Spitsbroek: zoet en knapperig

Voor de teelt van asperges gebruikt partner Spitsbroek enkel natuurlijke warmte van de zon. “We dekken de aspergeplanten af met een folie”, vertelt Bastiaan. “Die folie heeft een zwarte en een witte kant, waarmee we de temperatuur regelen. Wanneer het koud is, draaien we de zwarte kant naar boven, zodat de grond op temperatuur blijft.” Asperges groeien namelijk enkel wanneer de temperatuur van de grond minstens 13 °C bedraagt.     

Wanneer het plots terug kouder wordt, stoppen asperges met groeien. “Bij warmer weer groeien ze opnieuw verder en gaan ze door de groeistop enkele roestplekjes vertonen. Omdat de asperges traag en met natuurlijke warmte groeien, hebben ze des te meer smaak. Maar dat is het omdraaien van een tiental hectare folie meer dan waard”, lacht Bas.     

Het oogsten of steken gebeurt eveneens met de hand. “’s Ochtends rond acht uur beginnen we”, vervolgt Bastiaan. “Met een mes op een lemmet halen we de asperges een voor een uit de grond. De bedden of grondheuvels bovenop de plant zijn extra hoog, zodat we de asperges ook een heel stuk boven de wortel kunnen steken. Zo hebben we het onderste deel, dat vaak een vezelige structuur heeft, niet mee.”     

Om de twee uur keren de stekers terug om de geoogste asperges in koel en fris water te leggen. “Dat doen we om verkleuring en bitterheid tegen te gaan en om ervoor te zorgen dat de grond geen sporen achterlaat op de schil van de asperge”, zegt Bastiaan. “De volgende dag, wanneer de asperges 16 uur gekoeld zijn, worden ze gewassen en vervolgens gesorteerd op lengte, dikte, kromming, kleur, holling en kop. Iets meer dan 24 uur na het steken liggen de asperges op de CRU-markt.”