Van september tot april loopt het seizoen van de pijlinktvis. Die dankt zijn naam aan zijn wat bizarre uiterlijk met, in een pijlvorm, twee zijwaarts gerichte vinnen aan het achterlijf. Hij heeft bovendien, in tegenstelling tot de octopus, tien ledematen: acht armen en twee langere tentakels.

Ook in smaak verschilt de pijlinktvis van de octopus. Hij is wat zachter, terwijl de octopus een meer uitgesproken toets heeft.

De pijlinktvis leeft in de Noordzee en het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan. Ze groeien heel snel, maar leven tegelijk heel kort. Terwijl deze inktvissen in de Noordzee rond einde mei verdwijnen, zwemt er vanaf september/oktober alweer een nieuwe generatie in Het Kanaal. Daardoor kan pijlinktvis nauwelijks overbevist worden.

Dat vissen gebeurt overdag met flyshoot, een duurzame visserijtechniek die weinig energie vraagt, de bodem niet aantast en bijvangst vermijdt.

Pijlinktvis wordt in veel keukens gebruikt, zeker in Zuid-Europa. Bijvoorbeeld voor calamares. Hij is lekker zowel gefrituurd, gegrild en geblancheerd als gebakken. Zijn vlees is heel fijn en verfijnd, en mag dus maar heel kort garen, zodat het lekker zacht en smaakvol blijft.